Het donker dooft
een laatste licht
Zonnestralen zinken
sissend in de nacht
Het duister schept leegte
Niets verlaat zijn greep
Niets om de mens te leiden
Langs de lanen naar het licht
Door vrees bevangen wacht de mens
op een hand, een halm, een teken
Radeloos, ontredderd
schuilt de soort in zichzelf
Geen bel die redt
Geen levenslijn
Geen redder belt
Geen medicijn
Mens, sta op
Drink de zwarte inkt
Ga uit en zoek de lijnen zelf
waarlangs het leven valt te leiden
Vind de roodborst langs het pad
daarbuiten in de struiken
hij toont u krekels kleurenrijk
ze lachen, dansen, zingen
Vind houvast in de werken
In de vormen, in de diepte
Tref de krekel die u zoekt
die ontroert, en verbindt
Rode borst, schenk de soort
hoop als tranen dalen
Toon de mens de krekels
die hem voeren uit de nacht
Dit gedicht is op 8 januari 2012 voorgedragen tijdens de opening van de expositie ‘… and we call her hope’ rondom werk van Jans Muskee, Marian Mijnhardt en Trijn Romein in Kunstgalerie Galhant te Leens. Zie ook dit bericht.
Den Andel, januari 2012