dagen van niets en ledigheid
vederlicht ons leven
vrijuit vliegend in de blauwe lucht
of met vrije slag in een zee van tijd
ken jij nog die vergane tijd
dat leven zonder last?
wolken duidend, zonder zin
zwijgend hand in hand
ken jij mij nog van vroeger
ken ik jou nog van toen
ken ik jou nog van vroeger
ken jij mij nog van toen
de dagen liepen over
in maanden zonder vrees
voor duister, stilte, eenzaamheid
eeuwig was de norm
zullen wij ons ooit weerzien
ik jou, jij mij, verleden tijd
of zing ik nu van vreemden
van vals sentiment
een verlangen vult mijn hoofd
een wens om weer te zien
maar ze lopen daar, in de mist
uit de pas en uit de tijd
nostalgie is een duivel
een oude hond die huilt
het monster drijft de weemoed
zweepslagend voor zich uit
weerzien weemoed nostalgie
de duivel, zacht gelach
weerzien weemoed nostalgie
de mens, die dromen mag
Den Andel, september 2016
(Openingsgedicht expositie Weerzien, Cultuurerf Andledon Den Andel)